Tips

De belangrijkste tips over Veilig Slapen toegelicht:

 

Rugligging

  • Leg je baby altijd op de rug te slapen. De luchtweg is dan niet belemmerd.
  • Leg je wakkere baby overdag een paar keer even op de buik of zij, onder jouw toezicht, bijvoorbeeld bij het verluieren of in de box. Dit voorkomt scheefhoofdigheid.
  • Leg een baby die uit zichzelf naar de buik draait, maar nog niet terug kan draaien, zelf terug op de rug. Het leren draaien naar de buik heeft namelijk een hoog risico. Daarom is het zo goed om dit te oefenen waar een ouder bij is, overdag in de box of op een speelkleed.
  • Als een baby gemakkelijk  ‘heen en terug’ kan draaien, hoef je de baby niet meer op de rug terug te leggen.
  • Zijligging tijdens de slaap is ook risico verhogend. Een baby kan dan gemakkelijker draaien naar de buik, maar op zich is de zijligging ook al risico verhogend.
  • Laat prematuren (ouder dan 32 weken) ook altijd in rugligging slapen (uitzondering medische gronden).
  • Ben niet bezorgd dat een baby zich verslikt op de rug. Overlijden door verslikking is alleen maar afgenomen sinds baby’s op de rug slapen. (Medische uitzonderingen daar gelaten).

 

Apart slaapoppervlak met je baby

  • Laat een baby die jonger is dan 4 maanden niet bij je in bed slapen (bed-sharing); na 4 maanden is het risico niet meer verhoogd.
  • Als ouders roken of andere verslavende middelen gebruiken, of als de baby te vroeg geboren is, is het risico van het samen met ouders in het grote bed slapen tot 6 maanden verhoogd.
  • Bij een aanklik- of aanschuifbedje, moet het tussenschotje altijd omhoog als de baby gaat slapen.
  • Laat een baby niet slapen op bank of sofa en val niet in slaap met je baby op de bank of sofa. Hierbij gebeuren steeds vaker (fatale) ongelukken.

 

Rookvrije omgeving

  • Zorg voor een rookvrije omgeving en frisse lucht in je huis.

 

Veilige slaapomgeving

  • Plaats de wieg/ledikant zeker de eerste 6 maanden maar liefst het eerste jaar in de kamer van de ouders (room-sharing). Dat is beschermend.
  • Vermijd waterbed, hoofdkussen, stootbumper, zachte speeltjes of grotere knuffels in het baby bed. Die kunnen mond en neus afsluiten en dus ademen belemmeren.
  • Laat een baby niet zonder toezicht in een ‘nestje’ slapen met zachte zijwanden.
  • Vermijd stabilisatiekussens als er geen direct toezicht is
  • Leg een baby niet te slapen in/op een borstvoedingskussen en niet in ‘kommahouding’ in een draagzak. Dit kan het ademen belemmeren.
  • Zorg dat het autostoeltje niet te rechtop staat. Hierdoor kan het hoofdje van de baby naar voren vallen. Dit kan de luchtweg afknellen en het ademen belemmeren.
  • Laat tweelingen niet samen in een wieg slapen.

 

Beddengoed

  • Kies voor een veilige trappel- of babyslaapzak of een deken (overdwars) en laken om de baby stevig in te stoppen. Hierdoor wordt het draaien naar de buik belemmerd.
  • Gebruik nooit een dekbed.
  • Zorg dat je het bedje kort opmaakt (voetjes bij het voeteneind).
  • Gebruik in het bedje van je baby een stevig matrasje dat goed past.
  • Gebruik in een campingbedje geen dikkere matras dan bedoeld is, want daardoor ontstaat ruimte tussen de zijkant van stof en de matras. Hier kan een baby klem tussen komen te liggen.

 

Temperatuur

  • Controleer regelmatig of je baby het niet te warm of te koud heeft. Handjes mogen koud zijn, voetjes warm.
  • Een temperatuur op de kinderkamer tussen de 16°C en 18°C is prima.

 

Overige adviezen

  • Geef je baby nooit medicijnen die slaapverwekkend zijn.
  • Geef borstvoeding indien mogelijk.
  • Geef een fopspeen als de borstvoeding goed op gang is. Bij flesvoeding kan meteen gestart worden met een fopspeen.